Emotionele ontwikkeling

In dit vierde levensjaar komt het karakter van je kind al goed naar voren. Het ene kind neemt de leiding met spelen in een groep, het andere hobbelt er liever achteraan en doet na wat de anderen doen. Je kind kan in dit jaar een verlegenheidsfase doormaken, maar dat hoeft niet.

Omdat je kind steeds beter leert spelen met andere kinderen, kan hij nu ook echt vriendjes of vriendinnetjes maken. Die vriendschappen zijn heel belangrijk voor de sociale ontwikkeling van je kind. Peuters zijn heel puur in hun uitingen, en dus kunnen ze elkaar ook heel spontaan knuffels geven en lieve dingen zeggen. Die knuffels en lieve woordjes zijn weer heel goed voor het zelfvertrouwen van je kind.

Ruziemaken tijdens het spelen met andere kinderen hoort er ook bij. Je kind wil aangeven wat hij wil, maar de ander doet dat ook en dat kan botsen (ze willen bijvoorbeeld allebei de rode trein om mee te spelen). Door een ruzie leren ze ook weer hoe het opgelost moet worden (om de beurt), maar dat moeten ze in principe zelf doen. Grijp pas in als ze er echt niet uitkomen. Gelukkig zijn kinderen een ruzie ook heel snel weer vergeten en is alles weer goed.

Een kind tussen de 3 en 4 jaar kan nog steeds snel boos worden, ook al leert hij steeds beter om zijn gevoelens te beheersen. Omdat praten met je kind op deze leeftijd makkelijker gaat, kun je hem ook beter leren met zijn boosheid of frustratie om te gaan. Je kunt nu uitleggen waarom iets niet mag of nu moet. Jouw regels en grenzen snapt hij daardoor beter, al zal hij nog er nog steeds vaak tegenaan schoppen.

Veel kinderen krijgen in hun vierde levensjaar een fase dat ze erg verlegen worden. Dat is helemaal niet erg en gaat vaak vanzelf over. Hoe je met een verlegen kind kunt omgaan, kun je lezen op deze website.